Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafrecht
Artikel 138aa [Bestrijding (drugs)uithalers]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
04-11-2021, Stb. 2021, 544 (uitgifte: 11-11-2021, kamerstukken: 35564)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2021, Stb. 2021, 638 (uitgifte: 22-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
1.
Hij die wederrechtelijk verblijft op een in een haven, luchthaven of spoorwegemplacement gelegen besloten plaats voor distributie, opslag of overslag van goederen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.
2.
Hij die zich de toegang heeft verschaft tot een in het eerste lid bedoelde plaats door middel van braak of inklimming, van valse sleutels, van een valse order of een vals kostuum, of door middel van een valse of niet aan betrokkene toebehorende toegangspas, een valse hoedanigheid of misleiding van een persoon, belast met de bewaking van die plaats, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
3.
De in het eerste en tweede lid bepaalde gevangenisstraf kan met een derde worden verhoogd, indien:
- a.
de schuldige zich op de besloten plaats, bedoeld in het eerste lid, de toegang heeft verschaft tot een gebouw, ruimte of vervoermiddel bestemd voor de distributie, opslag of overslag van goederen door middel van de handelingen, bedoeld in artikel 138, tweede lid;
- b.
het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.