NJ 1942/386
Aanbesteding van een huis. Cessie van de aanneemsom. Meerwerk, enz. Boeten wegens te late oplevering. Beide vennootschappen (aannemer en cessionaris) in staat van faillissement met eischer qq. als curator. Opheffing faillissement aannemer. Vraag niet alleen, op welke schuld, maar ook aan welken schuldeischer is betaald. Oudste schuld volgens art. 1435 B. W.
HR 06-03-1942, ECLI:NL:HR:1942:184
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 maart 1942
- Magistraten
Mrs. van Loon, Fick, Nypels, van der Meulen en Smits.
- Zaaknummer
[06031942/NJ_1942-386]
- Conclusie
Mr. Berger
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS132095:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1942:184, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑03‑1942
- Wetingang
Essentie
Aanbesteding van een huis. Cessie van de aanneemsom. Meerwerk, enz. Boeten wegens te late oplevering. Beide vennootschappen (aannemer en cessionaris) in staat van faillissement met eischer qq. als curator. Opheffing faillissement aannemer. Vraag niet alleen, op welke schuld, maar ook aan welken schuldeischer is betaald. Oudste schuld volgens art. 1435 B. W.
Samenvatting
Bij den door het Hof gegeven uitleg der dingtalen mist het middel, voorzoover het stelt, dat de beslissing der Rechtb. omtrent de vraag, aan welke der vennootschappen (aannemer of cessionaris, Red.) de vordering toekwam, door verweerder (aanbesteder) in hooger beroep niet is aangetast, feitelijken grondslag. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.