Gst. 2015/135
Dat een woning onder de werking van de Wet plattelandswoningen valt en niet wordt beschermd tegen de milieueffecten van het eigen bedrijf betekent niet zonder meer dat sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Nader onderzoek naar een acceptabel woon- en leefklimaat ter plaatse van de ‘eigen’ woning is in het ruimtelijke besluit tot aanwijzing als plattelandswoning vereist. (Haaren)
ABRvS 29-07-2015, ECLI:NL:RVS:2015:2364, m.nt. F. Limpens-Cuijpers
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
29 juli 2015
- Magistraten
Mrs. J.A. Hagen, D.J.C. van den Broek en E.A. Minderhoud
- Zaaknummer
201408339/1/A1
- Noot
F. Limpens-Cuijpers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922383:1
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen (V)
Milieurecht (V)
Omgevingsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2015:2364, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 29‑07‑2015
- Wetingang
(Art. 1.1a Wabo)
Essentie
Dat een woning onder de werking van de Wet plattelandswoningen valt en niet wordt beschermd tegen de milieueffecten van het eigen bedrijf betekent niet zonder meer dat sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Nader onderzoek naar een acceptabel woon- en leefklimaat ter plaatse van de ‘eigen’ woning is in het ruimtelijke besluit tot aanwijzing als plattelandswoning vereist. (Haaren)
Samenvatting
Anders dan de rechtbank heeft overwogen, brengt de omstandigheid dat een woning onder de werking van de Wet plattelandswoningen valt, niet met zich dat het ervoor moet worden gehouden dat ter plaatse van de woning een aanvaardbaar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.