Einde inhoudsopgave
Inkomstenbesluit burgerlijke ambtenaren defensie
Artikel 9 Functiewaardering
Geldend
Geldend vanaf 02-08-2006. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 05-09-2005
- Bronpublicatie:
03-07-2006, Stb. 2006, 353 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
02-08-2006, terugwerkend tot: 05-09-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-07-2006, Stb. 2006, 353 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
1.
Het hoofd defensieonderdeel stelt de ambtenaar in kennis van de voorgenomen functiewaardering als bedoeld in artikel 8, tweede lid. De ambtenaar die bedenkingen heeft tegen de functiewaardering kan die bedenkingen aan het hoofd defensieonderdeel kenbaar maken. Na een heroverweging stelt het hoofd defensieonderdeel de functiewaardering al dan niet gewijzigd vast. De ambtenaar kan tegen deze heroverweging bezwaar maken. In een dergelijk geval wint het hoofd defensieonderdeel, naar regels bij ministeriële regeling te stellen, het advies in van de Commissie van advies bezwaren functiewaardering.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing indien voor de ambtenaar een bijzondere regeling geldt als bedoeld in artikel 18 van het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie.