Beschikking 2003/33/EG tot vaststelling van criteria en procedures voor het aanvaarden van afvalstoffen op stortplaatsen overeenkomstig artikel 16 en bijlage II van Richtlijn 1999/31/EG betreffende het storten van afvalstoffen
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 16-07-2004
- Bronpublicatie:
19-12-2002, PbEG 2003, L 11 (uitgifte: 16-01-2003, regelingnummer: 2003/33/EG)
- Inwerkingtreding
16-07-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2002, PbEG 2003, L 11 (uitgifte: 16-01-2003, regelingnummer: 2003/33/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Overheidsfinanciën / Algemeen
Beschikking van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van criteria en procedures voor het aanvaarden van afvalstoffen op stortplaatsen overeenkomstig artikel 16 en bijlage II van Richtlijn 1999/31/EG betreffende het storten van afvalstoffen (2003/33/EG)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 1999/31/EG van de Raad van 26 april 1999 betreffende het storten van afvalstoffen(1), en met name op artikel 16 en bijlage II,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Overeenkomstig artikel 16 van Richtlijn 1999/31/EG dient de Commissie voor elke stortplaatsklasse specifieke criteria en/of testmethoden en bijbehorende grenswaarden vast te stellen.
- (2)
Er moet een procedure worden vastgesteld voor het bepalen van de aanvaardbaarheid van afvalstoffen op stortplaatsen.
- (3)
Er moeten grenswaarden en andere criteria worden vastgesteld voor de voor verschillende stortplaatsklassen aanvaardbare afvalstoffen.
- (4)
De testmethoden die moeten worden gebruikt om de aanvaardbaarheid van afvalstoffen op stortplaatsen te bepalen, moeten worden vastgesteld.
- (5)
Technisch gezien is het wenselijk dat afvalstoffen die afkomstig zijn van de winning van delfstoffen en ter plaatse worden gestort, worden vrijgesteld van de criteria en procedures die in de bijlage van deze beschikking zijn neergelegd.
- (6)
De lidstaten zouden over een korte maar redelijke overgangsperiode moeten beschikken om het systeem op te zetten dat nodig is om deze beschikking ten uitvoer te brengen en hebben wellicht een verdere kortere overgangsperiode nodig om ervoor te zorgen dat de grenswaarden worden toegepast.
- (7)
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn niet in overeenstemming met het advies van het bij artikel 18 van Richtlijn 75/442/EEG van de Raad van 15 juli 1975 betreffende afvalstoffen (2) ingestelde comité. Zij moeten derhalve krachtens artikel 18, vierde alinea, van genoemde richtlijn door de Raad worden vastgesteld,
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD: