Einde inhoudsopgave
Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens
Artikel 30 [Aanvraag afgifte verklaring omtrent gedrag]
Geldend
Geldend vanaf 06-01-2014
- Bronpublicatie:
10-07-2013, Stb. 2013, 316 (uitgifte: 26-07-2013, kamerstukken: 33555)
- Inwerkingtreding
06-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-11-2013, Stb. 2013, 494 (uitgifte: 09-12-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de Wet basisregistratie personen (03-07-2013, Stb. 315).
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Privacy / Bijzondere onderwerpen
1.
De aanvraag om afgifte van de verklaring omtrent het gedrag van een natuurlijk persoon wordt ingediend bij de burgemeester van de gemeente waar de aanvrager op het tijdstip van de aanvraag met een adres als ingezetene is ingeschreven in de basisregistratie personen. In alle andere gevallen wordt de aanvraag ingediend bij Onze Minister.
2.
De burgemeester en Onze Minister onderzoeken de volledigheid van de bij de aanvraag verstrekte gegevens en verschaffen zich de nodige zekerheid over de identiteit van de aanvrager.
3.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere eisen worden gesteld ter uitvoering van het tweede lid.
4.
De burgemeester zendt de aanvraag terstond door aan Onze Minister.