HR, 14-06-2011, nr. S 09/05035

Documentgegevens:

HR 14-06-2011, ECLI:NL:HR:2011:BP8798

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 14 juni 2011
Magistraten: Mrs. Koster, De Savornin Lohman en Sterk
Zaaknummer: S 09/05035
Conclusie: A-G Aben
LJN: BP8798
Vakgebied(en): Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Materieel strafrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2011:BP8798, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑06‑2011
Wetingang: Sv art. 51a en 51b; Sr art. 36f; Wet van 23 december 1992 art. IX lid 1; Sv (oud) art. 332; RO (oud) art. 56

Essentie

De bewezenverklaarde feiten zijn gepleegd in de periode van 1 februari 1984 tot en met 31 juli 1991 voordat de veel ruimere regeling van thans werd voorafgegaan door die waarin ten hoogste f 1500 in het strafproces kon worden gevorderd door de beledigde partij en nog geen sprake was van een schadevergoedingsmaatregel te betalen aan de Staat ten behoeve van de nu geheten benadeelde partij. De nieuwe regeling trad in Rotterdam in werking op 1 april 1995 en was niet van toepassing op strafbare feiten zoals de onderhavige, begaan voor de inwerkingtreding van die wet. Hoewel de wijze waarop de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.