NJ 1950/189
Rb. 's-Gravenhage, 26-04-1949
Rb. 's-Gravenhage 26-04-1949, ECLI:NL:RBSGR:1949:22
- Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
- Datum
26 april 1949
- Magistraten
Mrs Jhr Feith, Meyes, v. Gelein Vitringa
- Zaaknummer
[26041949./NJ_1950-189]
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS133803:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBSGR:1949:22, Uitspraak, Rechtbank 's-Gravenhage, 26‑04‑1949
- Wetingang
(BW art. 1277, 1587.)
Samenvatting
Onaannemelijkheid van bestendig gebruikelijk beding of gebruik inzake toestand van het gehuurde bij aanvaarding. I. c. geen reparaties van zó dringende noodzaak, dat rechterlijke machtiging niet te vergen was (vervolg v. Rbk. ‘s-Hage, 29 Juni 1948 N. J. 1948 No. 483).
Partij(en)
S. v. Gelderen, te ‘s-Gravenhage, eiser, procureur Mr I. E. Hes Bzn.,
tegen:
Wed. J. Zondag-Schilte, te Nieuwkoop, gedaagde, procureur Mr K. van Rijckevorsel.
Uitspraak
[p. 325 ►]
Ten aanzien van het recht:
Overnemende hetgeen de Rechtbank in haar tussenvonnis (Rbk. ‘s-Hage 29 Juni 1948 N. J. 1948 No. 483, Red.) heeft overwogen;
O. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.