V-N 2019/11.26.8
Stukken onder derden behoren niet tot ‘op de zaak betrekking hebbende stukken’
HR 08-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:180
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 februari 2019
- Zaaknummer
18/03059
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Bewijs
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Loonbelasting / Loon
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:180, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑02‑2019
- Wetingang
Essentie
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de stukken die twee belastingambtenaren onder ogen hebben gehad en ter beschikking hebben gestaan in het kader van het strafrechtelijk financieel onderzoek niet behoren tot de op de zaak betrekking hebben stukken. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Samenvatting
Belanghebbende, X, is eigenaar van verschillende onroerende zaken in binnen- en buitenland en (middellijk) aandeelhouder van verschillende vennootschappen. X is het niet eens met een aanslag IB/PVV 2009.
Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N Vandaag 2018/1430) oordeelt dat de stukken ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.