Einde inhoudsopgave
Wet subsidiëring landelijke onderwijsondersteunende activiteiten 2013
Artikel 7 Nadere regels
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2022
- Bronpublicatie:
15-06-2022, Stb. 2022, 269 (uitgifte: 29-06-2022, kamerstukken: 35900)
- Inwerkingtreding
01-10-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-07-2022, Stb. 2022, 319 (uitgifte: 24-08-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot:
- a.
de aanvraag van een subsidie en de besluitvorming daarover,
- b.
het bedrag van de subsidie dan wel de wijze waarop dit bedrag wordt bepaald,
- c.
de activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt,
- d.
de voorwaarden waaronder de subsidie wordt verleend,
- e.
de verplichtingen van de instellingen,
- f.
de vaststelling van de subsidie,
- g.
intrekking en wijziging van de subsidieverlening of subsidievaststelling,
- h.
de betaling van de subsidie en het verlenen van voorschotten,
- i.
het verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk, bedoeld in artikel 4:24 van de Algemene wet bestuursrecht, of
- j.
andere criteria voor de verstrekking van subsidie.
2.
Bij de regels, bedoeld in het eerste lid, wordt voor zover nodig onderscheid gemaakt tussen subsidie voor:
- a.
de taken, genoemd in artikel 2, eerste lid, onderdelen a tot en met c, artikel 3, eerste lid, onderdelen a tot en met c, artikel 3a en 3b, en
- b.
de taken, genoemd in artikel 2, eerste lid, onderdeel d, en artikel 3, eerste lid, onderdeel d.