Gst. 2019/15
Sluiting drugspand. (Baarle-Nassau)
ABRvS 04-07-2018, ECLI:NL:RVS:2018:2241, m.nt. L.M. Bruijn & J.G. Brouwer
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
4 juli 2018
- Magistraten
Mr. E.A. Minderhoud
- Zaaknummer
201708520/1/A3
- Noot
L.M. Bruijn & J.G. Brouwer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS45052:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Horecarecht / Drugs
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2018:2241, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 04‑07‑2018
- Wetingang
(Art. 13b Opiumwet)
Essentie
Sluiting drugspand. (Baarle-Nassau)
Samenvatting
Het besluit van 29 november 2016 geeft er geen blijk van dat de burgemeester alle omstandigheden van het geval in samenhang heeft bezien. Er ontbreekt een motivering waarom deze omstandigheden tezamen geen bijzondere omstandigheden in de zin van artikel 4:84 Awb zijn. De burgemeester had in zijn besluit inzichtelijk moeten maken waarom het in dit geval niet onevenredig is om het bedrijfspand in overeenstemming met het Damoclesbeleid voor twaalf maanden te sluiten.
Partij(en)
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellant A] en [appellant B], beiden wonend te [woonplaats],
tegen de uitspraak van de rechtbank ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.