NJB 2021/2416:Poging tot toebrengen van zwaar lichamelijk letsel door dichtknijpen keel, art. 302 Sr: in casu kon het hof oordelen dat de kans aanmerkelijk was dat het slachtoffer zwaar lichamelijk letsel had kunnen oplopen en dat de verdachte die aanmerkelijke kans willens en wetens heeft aanvaard, erop gelet dat de verdachte het slachtoffer met één hand met kracht bij haar keel heeft vastgepakt en deze gewelddadige keelgreep intensief en gedurende langere tijd heeft aangelegd, dat deze keelgreep dermate krachtig was dat meerdere beveiligers nodig waren om het slachtoffer te ontzetten en dat na afloop in de hals van het slachtoffer letsel zichtbaar was. Het hof heeft daarbij overwogen dat ‘de hals en de daarin aanwezige luchtweg en slagaders maken dat sprake is van een kwetsbaar onderdeel van het lichaam’ en vastgesteld dat de verdachte op de hoogte was van deze kwetsbaarheid.