Einde inhoudsopgave
Landsverordening op de Loonbelasting 1976 [Nederlandse Antillen]
Artikel 4 [Inhoudingsplichtige]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1976
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging en de datum van publicatie is de datum van inwerkingtreding. De tekst van dit artikel, zoals deze luidde op 01-01-2005, is overgenomen uit Vakstudie Belastingen van de Koninkrijksdelen buiten Europa.
- Bronpublicatie:
01-01-1976, Publicatieblad Nederlandse Antillen 1976, 254 (uitgifte: 01-01-1976, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1976
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-01-1976, Publicatieblad Nederlandse Antillen 1976, 254 (uitgifte: 01-01-1976, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Algemeen
1.
Inhoudingsplichtige is:
- a.
degene, tot wie één of meer personen in dienstbetrekking staan;
- b.
degene, die aan één of meer personen loon uit vroegere dienstbetrekking tot hemzelf of tot een ander verstrekt.
2.
Als degene, tot wie de dienstbetrekking bestaat, wordt beschouwd in de gevallen bedoeld in artikel 3, tweede lid. onder
- a.
het lichaam;
- b.
de ouder;
- c.
degene, van wie provisie genoten wordt;
- d.
degene, met wie het optreden is overeengekomen;
- e.
degene, te wiens laste de betaling komt;
- f.
de aanbesteder;
- g.
de aanbesteder.
3.
Degene tot wie een werknemer in dienstbetrekking staat wordt geacht aan de werknemer het loon te verstrekken, dat deze uit hoofde van zijn dienstbetrekking geniet van een niet-inhoudingsplichtige;
4.
Wie niet binnen de Nederlandse Antillen woont of gevestigd is wordt slechts als inhoudingsplichtige beschouwd indien hij binnen de Nederlandse Antillen een vaste inrichting of vaste vertegenwoordiger heeft, dan wel binnen de Nederlandse Antillen één of meer personen in dienst heeft en door de Inspecteur als inhoudingsplichtige is aangewezen. Onverminderd het bepaalde in de vorige volzin worden ten aanzien van een niet binnen de Nederlandse Antillen wonende of gevestigde aannemer of onderaannemer als bedoeld in artikel 21a, eerste lid, de werkzaamheden ten behoeve van het werk geacht te zijn verricht met behulp van een vaste inrichting binnen de Nederlandse Antillen indien de uitvoering van het werk langer duurt dan 30 dagen.
5.
De woonplaats of vestigingsplaats van de inhoudingsplichtige wordt naar artikel 1 van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 en artikel 1, tweede lid, van de Landsverordening op de Winstbelasting 1940 beoordeeld.
6.
Diplomatieke, consulaire en andere vertegenwoordigers van vreemde mogendheden en hun toegevoegde ambtenaren, alsmede door de Minister aan te wijzen internationale organisaties en vertegenwoordigers en functionarissen daarvan, worden niet als inhoudingsplichtigen beschouwd. De consulaire vertegenwoordiger is evenwel inhoudingsplichtig, indien er voor zover hij naast het consulaire ambt een bedrijf of beroep uitoefent.
7.
Ter vergemakkelijking van de heffing van de inkomstenbelasting kunnen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, regels worden gegeven ingevolge welke loonbelasting mede wordt geheven van natuurlijke personen die:
- a.
termijnen van lijfrente of andere periodieke uitkeringen of verstrekkingen genieten;
- b.
uitkeringen genieten ter vervanging van gederfde of te derven periodieke uitkeringen.