Einde inhoudsopgave
Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte
Artikel 7
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2005
- Bronpublicatie:
08-06-2004, PbEU 2004, L 219 (uitgifte: 01-01-2004, regelingnummer: 79/2004)
- Inwerkingtreding
01-07-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2004, PbEU 2004, L 219 (uitgifte: 01-01-2004, regelingnummer: 79/2004)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
1.
Onverminderd de uitsluitende bevoegdheid van de Commissie van de Europese Gemeenschappen om concentraties met een communautaire dimensie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 139/2004 te behandelen, kunnen de EVA-staten de nodige maatregelen treffen voor de bescherming van andere gewettigde belangen dan die welke in genoemde verordening in aanmerking worden genomen, mits deze verenigbaar zijn met de algemene beginselen en andere bepalingen die rechtstreeks of indirect van deze overeenkomst deel uitmaken.
2.
De openbare veiligheid, het pluralistische karakter van de media en prudentiële voorschriften gelden als gewettigde belangen in de zin van lid 1.
3.
Van ieder ander openbaar belang moet kennis worden gegeven aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen; deze worden door haar erkend na een beoordeling van de verenigbaarheid ervan met de algemene beginselen en andere bepalingen die rechtstreeks of indirect van deze overeenkomst deel uitmaken, alvorens de hierboven bedoelde maatregelen kunnen worden getroffen. De Commissie van de Europese Gemeenschappen stelt de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA en de betrokken EVA-staat binnen 25 werkdagen na genoemde kennisgeving op de hoogte van haar besluit.