Einde inhoudsopgave
Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft
Artikel 50 [Website]
Geldend
Geldend vanaf 28-07-2018
- Bronpublicatie:
12-07-2018, Stb. 2018, 243 (uitgifte: 27-07-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
28-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-07-2018, Stb. 2018, 243 (uitgifte: 27-07-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Verzekeringsrecht / Algemeen
1.
Een beheerder van een icbe houdt de volgende gegevens beschikbaar op zijn website:
- a.
de gegevens omtrent hemzelf, de door hem beheerde icbe's en de bewaarders die aan de icbe's zijn verbonden welke ingevolge enig wettelijk voorschrift in het handelsregister moeten worden opgenomen;
- b.
de overeenkomst, bedoeld in artikel 4:62m, tweede lid, van de wet;
- c.
zijn vergunning; en
- d.
elk door de Autoriteit Financiële Markten genomen geldend besluit tot ontheffing van het ingevolge deze wet bepaalde met betrekking tot hemzelf, de door hem beheerde icbe's en de eventueel daaraan verbonden bewaarder.
De beheerder van een icbe verstrekt deze gegevens desgevraagd tegen ten hoogste de kostprijs aan een ieder.
2.
Een beheerder van een icbe publiceert ten behoeve van de deelnemers in een door hem beheerde icbe maandelijks een opgave met toelichting van de hierna te noemen gegevens op zijn website, waarbij tussen de tijdstippen van opstelling een periode van ten minste een week ligt. De opgave is, indien van toepassing, mede door de bewaarder van een icbe ondertekend en bevat ten minste de volgende gegevens:
- a.
de totale waarde van de beleggingen van de icbe;
- b.
een overzicht van de samenstelling van de beleggingen;
- c.
het aantal uitstaande rechten van deelneming; en
- d.
de meest recente bepaalde intrinsieke waarde van de rechten van deelneming, onder vermelding van het moment waarop de bepaling van de intrinsieke waarde plaatsvond.
De beheerder van een icbe verstrekt deze opgave desgevraagd tegen ten hoogste de kostprijs aan de deelnemers in de icbe.
3.
Een beleggingsinstelling met zetel in een aangewezen staat waarvan de rechten van deelneming op verzoek van de deelnemers ten laste van de activa direct of indirect worden ingekocht of terugbetaald, deelt desgevraagd aan ieder de intrinsieke waarde van de rechten van deelneming mee. De intrinsieke waarde wordt bepaald op het meest recente moment van in- en uittreden van deelnemers in de beleggingsinstelling.
4.
Het eerste tot en met derde lid zijn niet van toepassing op beheerders van icbe's met zetel in een andere lidstaat voor zover het gaat om de soort informatieverschaffing aan de deelnemers.