Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Naties betreffende de Zetel van het Speciaal Tribunaal voor Libanon
Deel III Voorrechten, immuniteiten en faciliteiten toegekend aan personen uit hoofde van dit verdrag
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2009
- Bronpublicatie:
21-12-2007, Trb. 2008, 12 (uitgifte: 14-02-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-04-2009, Trb. 2009, 55 (uitgifte: 01-01-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
Internationaal strafrecht / Internationale tribunalen
Art. 17. Voorrechten, immuniteiten en faciliteiten van rechters, de Aanklager, de Substituut-Aanklager, de Griffier en het Hoofd van het kantoor van de verdediging
Art. 18. Voorrechten, immuniteiten en faciliteiten van het personeel
Art. 19. Lokaal geworven personeel ten aanzien waarvan in dit Verdrag niets anders is geregeld
Art. 20. Tewerkstelling van gezinsleden van de rechters, de Aanklager, de Substituut-Aanklager, de Griffier, het Hoofd van het kantoor van de verdediging en het personeel van het Tribunaal
Art. 21. Stagiair(e)s
Art. 22. Raadslieden en personen die de verdediging bijstaan
Art. 23. Getuigen
Art. 24. Slachtoffers
Art. 25. Deskundigen
Art. 26. Overige personen wier aanwezigheid op de zetel van het Tribunaal vereist is
Art. 27. Vertegenwoordigers van Staten die deelnemen aan bijeenkomsten van het Comité van Beheer