Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 126dd [Gebruik van gegevens voor ander strafrechtelijk onderzoek. Opslag]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2008
- Bronpublicatie:
21-07-2007, Stb. 2007, 300 (uitgifte: 04-09-2007, kamerstukken: 30327)
- Inwerkingtreding
01-01-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2007, Stb. 2007, 549 (uitgifte: 01-01-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
1.
De officier van justitie kan bepalen dat gegevens die zijn verkregen door observatie met behulp van een technisch hulpmiddel dat signalen registreert, het opnemen van vertrouwelijke communicatie, het opnemen van telecommunicatie of het vorderen van gegevens over een gebruiker en het telecommunicatieverkeer met betrekking tot die gebruiker kunnen worden gebruikt voor:
- a.
een ander strafrechtelijk onderzoek dan waartoe de bevoegdheid is uitgeoefend;
- b.
verwerking met het oog op het verkrijgen van inzicht in de betrokkenheid van personen bij misdrijven en handelingen als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onderdelen a en b, van de Wet politiegegevens.
2.
Indien toepassing is gegeven aan het eerste lid, onderdeel a, behoeven de gegevens, in afwijking van artikel 126cc, tweede lid, niet te worden vernietigd, totdat het andere onderzoek is geëindigd. Is toepassing gegeven aan het eerste lid, onderdeel b, dan behoeven de gegevens niet te worden vernietigd, totdat de Wet politiegegevens opslag van de gegevens niet meer toestaat.