NJ 1959/251
Taak van den appèlrechter.
HR 13-03-1959, ECLI:NL:HR:1959:113
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 maart 1959
- Magistraten
Mrs. Donner, Boltjes, Hülsmann, Dubbink en Petit
- Zaaknummer
[13031959/NJ_1959-251]
- Conclusie
Mr. Loeff
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS137554:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1959:113, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑03‑1959
- Wetingang
(Rv art. 343-358.)
Essentie
Taak van den appèlrechter.
Samenvatting
Buiten het hier niet aanwezige geval, waarin de appèlrechter de beroepen uitspraak ambtshalve toetst aan enig wetsvoorschrift van openbare orde, heeft hij slechts de gegrondheid van de aangevoerde grieven te onderzoeken. De Rb. had derhalve niet, met ter zijdestelling van de enige door appellant aangevoerde grief dat de Kantonrechter ten onrechte een geval als bedoeld in art. 18, lid 2 sub d der Huurwet aanwezig heeft geacht, 's Kantonrechters vonnis mogen vernietigen op grond dat de Kantonrechter, door te toetsen aan evengenoemd wetsvoorschriit, buiten den feitelijken grondslag van den eis is getreden.