NJB 2020/363:Kwaliteitsdelicten. Degene die een ‘bij de belastingwet voorziene aangifte’ onjuist of onvolledig doet, art. 69 lid 2 AWR: als pleger van het onjuist of onvolledig doen van een bij de belastingwet voorziene aangifte moet worden aangemerkt degene die tot het doen van de aangifte gehouden is. Die gehoudenheid tot het doen van aangifte kan worden vastgesteld bij eenieder die tot het doen van aangifte is uitgenodigd als voorzien in art. 8 lid 1 AWR. Een als aangifte ingediende gegevensdrager kan uitsluitend worden aangemerkt als een ‘bij de belastingwet voorziene aangifte’ indien die aangifte is gedaan door degene op wiens belasting- of betalingsplicht die aangifte betrekking heeft, of door degene die uit hoofde van de art. 42 t/m 44 AWR als vertegenwoordiger van de belasting- of betalingsplichtige kan optreden. Buiten deze gevallen kan geen sprake zijn van het als pleger strafrechtelijk aansprakelijk zijn voor het onjuist of onvolledig doen van een bij de belastingwet voorziene aangifte als bedoeld in art. 69 lid 2 AWR. Overigens bieden de art. 47 t/m 51 Sr diverse mogelijkheden om degene die anders dan als pleger betrokken is bij het onjuist of onvolledig doen van een bij de belastingwet voorziene aangifte, onder specifieke voorwaarden strafrechtelijk aansprakelijk te stellen voor die betrokkenheid. Onder omstandigheden kan een dergelijke gedraging ook ‘valsheid in geschrift’ in de zin van art. 225 lid 2 Sr opleveren. A-G: anders