RAR 2008, 10
Schadevergoeding. Beschuldigingen aan adres werknemer onvoldoende onderzocht. Immateriële schadevergoeding naast ontbindingsvergoeding.
Ktg. Dordrecht 14-09-2007, ECLI:NL:RBDOR:2007:BB5011
- Instantie
Kantongerecht Dordrecht
- Datum
14 september 2007
- Magistraten
Mr. C.H. Kemp-Randewijk
- Zaaknummer
201289HAVERZ07-328
- LJN
BB5011
- JCDI
JCDI:ADS870393:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBDOR:2007:BB5011, Uitspraak, Rechtbank Dordrecht, 14‑09‑2007
- Wetingang
BW art. 6:106; BW art. 7:685
Essentie
Heeft de werkgever beschuldigingen aan zijn werknemer voldoende onderzocht; kan in een ontbindingsprocedure een immateriële schadevergoeding worden toegekend?
Samenvatting
Werknemer is sinds 1997 in dienst en voert wereldwijd baggeropdrachten uit. De werknemer wordt door de werkgever geschorst vanwege een gerucht dat hij seksuele contacten met minderjarigen zou hebben gehad. De werknemer ontkent de beschuldigingen en verzoekt werkgever om excuses. De werkgever volhardt echter in de beschuldigingen en verklaart in afwachting te zijn van verklaringen en stukken uit het buitenland ter staving daarvan. Werknemer verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst onder toekenning van een vergoeding ex art. 7:685 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.