Einde inhoudsopgave
Wet op de expertisecentra
Artikel 181 Salarisgaranties personeel van instellingen ingevolge artikel XI van de wet van 31 mei 1995, Stb. 1995, 319
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2022
- Redactionele toelichting
Voorheen art. 176.
- Bronpublicatie:
25-02-2021, Stb. 2021, 171 (uitgifte: 07-04-2021, kamerstukken: 35605)
- Inwerkingtreding
01-04-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-03-2022, Stb. 2022, 114 (uitgifte: 16-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De directeur van de instelling, bedoeld in het tweede lid van artikel 89, die op 31 juli 1995 als directeur in dienst was van het bevoegd gezag van de tot instelling omgezette school als bedoeld in dat lid, behoudt ten minste recht op salariëring volgens het functieniveau dat op 31 juli 1995 voor hem gold dan wel op de maximumschaal die daarvoor reeds 2 jaar formatief voor hem aanwezig was. Indien voor de functie van directeur van die instelling een hogere maximumschaal gold dan die welke op 31 juli 1995 voor de directeur gold dan wel formatief beschikbaar was, wordt hij vanaf die datum bezoldigd volgens het carrièrepatroon dat bij die hogere maximumschaal behoort en heeft hij bij de vaststelling van het salaris aanspraak op een bevorderingsperiodiek. Hij behoudt een blijvende aanspraak op de hogere maximumschaal, bedoeld in de vorige volzin, indien deze gedurende 3 achtereenvolgende schooljaren aan die instelling voor hem beschikbaar is geweest.
2.
Indien een personeelslid van een instelling als bedoeld in het tweede lid van artikel 89, die op 31 juli 1995 als directeur in dienst was van het bevoegd gezag van de tot instelling omgezette school als bedoeld in dat lid, is benoemd in een functie waarvan het niveau en het carrièrepatroon zo veel mogelijk overeenkomt met het niveau en het carrièrepatroon dat is gegarandeerd in de oorspronkelijke functie, met dien verstande dat het niveau en het carrièrepatroon van de nieuwe functie ten minste gelijk zijn aan die van een normfunctie leraar, behoudt hij ten minste aanspraak op salariëring volgens het functieniveau dat voor hem gold op 31 juli 1995, in zijn functie als directeur van een school waaruit de instelling is ontstaan, of, indien hij 2 jaar of langer directeur is geweest van die school, de maximumschaal die op die dag reeds 2 jaar formatief voor hem aanwezig was indien deze maximumschaal hoger is dan het functieniveau dat voor hem gold op die dag.