NJ 1999, 546
Enquêterecht; verhaal kosten onderzoek op voet 2:354 BW / op bestuurder, tevens meerderheidsaandeelhouder, wiens verantwoordelijkheid voor onjuist beleid en onbevredigende gang van zaken onderneming uit verslag blijkt
HR 08-04-1998, ECLI:NL:PHR:1998:AC0334
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
8 april 1998
- Magistraten
R.J.J. Jansen, Bellaart, Van der Putt-Lauwers, Van Brunschot, Van Vliet
- Zaaknummer
OK65
- Conclusie
A-G Mok
- LJN
AC0334
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AC0334, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 08‑04‑1998
ECLI:NL:PHR:1998:AC0334, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑04‑1998
- Wetingang
BW art. 2:354
Essentie
Enquêterecht; verhaal van kosten van het onderzoek op de voet van art. 2:354 BW.
Verhaal van kosten van het onderzoek op bestuurder, tevens meerderheidsaandeelhouder, ten aanzien van wie uit het verslag blijkt dat hij verantwoordelijk is voor het onjuiste beleid en de onbevredigende gang van zaken van de onderneming.
Samenvatting
Het oordeel van de Ondernemingskamer dat ten aanzien van de in haar beschikking vermelde beslissingen en gedragingen, die de onderzoeker hebben geleid tot zijn oordeel dat van wanbeleid sprake was, in het bijzonder J. een verwijt treft en dat zulks geldt voor die gedragingen, onderscheidenlijk beslissingen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.