NJ 1970, 303
HR, 29-04-1970
HR 29-04-1970, ECLI:NL:PHR:1970:AB6326
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
29 april 1970
- Magistraten
Wiarda, Eijssen, Hollander, Vroom, Telders
- Zaaknummer
[1970-04-29/NJ_52705]
- LJN
AB6326
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1970:AB6326, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 29‑04‑1970
ECLI:NL:PHR:1970:AB6326, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑04‑1970
- Wetingang
Ow art. 40
Samenvatting
Geval waarin geen sprake is van enige bijzondere geschiktheid van de onderhavige gronden voor het werk waarvoor onteigend wordt. Feit waaraan terecht geen betekenis is toegekend voor het bepalen van de waarde dier gronden.
Partij(en)
Mr. L.J. Hollander te Middelharnis, eiser tot cass. van een op 18 dec. 1969 door de Rb. te Rotterdam tussen pp. gewezen vs, adv. Mr. J.W. Meijer
tegen
H.J. Smith, Burgemeester van de gem. Goedereede, op wiens naam volgens de wet het onteigeningsgeding wordt gevoerd t.b.v. de Staat der Nederlanden, verw. in cass., adv. Mr. E. Droogleever Fortuijn.
De Hoge Raad ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.