NJ 1971, 106
HR, 26-03-1969
HR 26-03-1969, ECLI:NL:PHR:1969:AD5621
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
26 maart 1969
- Magistraten
Wiarda, Hollander, Van Der Linde, Polak, Vroom
- Zaaknummer
[1969-03-26/NJ_52980]
- LJN
AD5621
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Onteigeningsrecht / Onteigening
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1969:AD5621, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 26‑03‑1969
ECLI:NL:PHR:1969:AD5621, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑03‑1969
- Wetingang
Wet 8 dec. 1961 Stb. 425 art. 1
Essentie
Schadeloosstelling voor de huurder bij onteigening van een gedeelte van een bebouwd bedrijfsperceel (Wet van 8 dec. 1969, Stb. 425).
Samenvatting
Ingeval het door de huurder voor zijn bedrijf gebezigde gebouwde onroerend goed slechts gedeeltelijk wordt onteigend, brengt een redelijke wetstoepassing mee om, voor de bepaling van de maximale schadevergoeding voor de huurder overeenkomstig art. 1 lid 1 van de Wet van 8 dec. 1961 Stb. 425 als ‘som van de opbrengst van het bedrijf over de laatste 3 jaren’ alleen dat gedeelte van de bedrijfsopbrengst in aanmerking te nemen dat aan het te onteigenen gedeelte van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.