NJ 1968, 209
HR, 14-02-1968
HR 14-02-1968, ECLI:NL:PHR:1968:AD7892
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
14 februari 1968
- Magistraten
Boltjes, Van Rijn Van Alkemade, Van Der Loos, Korthals Altes, Van Der Linde
- Zaaknummer
[1968-02-14/NJ_51661]
- LJN
AD7892
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Onteigeningsrecht / Onteigening
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1968:AD7892, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 14‑02‑1968
ECLI:NL:PHR:1968:AD7892, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑02‑1968
- Wetingang
Ow art. 40; Wederopbouwwet art. 13; Wederopbouwwet art. 14; Wet 8 dec. 1961 Stb. 425 art. 1
Essentie
Beeindiging van de huur van het te onteigenen voor de uitspraak van het onteigeningsvonnis ingevolge een tussen de onteigenaar en de huurder gemaakte afspraak, dat verhuizing en verplaatsing van het ingenieursbureau van de huurder zou worden beschouwd als een gevolg van de onteigening, ook al zouden die plaatsvinden voor het vonnis. Rentevergoeding ingevolge art. 14, lid 3, Wederopbouwwet treedt in de plaats van vergoeding voor te derven huur. Groetere huurverhoging dan was toegelaten door de wijziging van de Huurwet na de nederlegging bedoeld in art. 10, lid 3, Wederopbouwwet. Verandering in de zin van art. 13, lid 7, dier ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.