NJ 1966, 1
HR, 13-10-1965
HR 13-10-1965, ECLI:NL:PHR:1965:AB4679, m.nt. N.J. Polak
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
13 oktober 1965
- Magistraten
Boltjes, Dubbink, Tekenbroek, Korthals Altes, Hollander
- Zaaknummer
[1965-10-13/NJ_50459]
- Noot
N.J. Polak
- LJN
AB4679
- JCDI
JCDI:ADS144746:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1965:AB4679, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 13‑10‑1965
ECLI:NL:PHR:1965:AB4679, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑10‑1965
- Wetingang
Ow art. 40; Rv (oud) art. 59 aanhef onder 3°
Essentie
Betekenis van de regel van onteigeningsrecht dat, bij de bepaling van de werkelijke waarde waarvan sprake is in art. 40 Onteigeningswet, niet mag worden acht geslagen op waardevermeerdering van te onteigenen goed, teweeggebracht door niets anders dan wat de onteigende partij zelf aanlegt, of zal aanleggen, in het kader van hetzelfde werk als dat waarvoor ook de onteigening geschiedt. Motiveringsdefecten.
Samenvatting
Ten einde uitvoering te kunnen geven aan een plan tot partiele herziening van een uitbreidingsplan, wordt onteigening gevorderd o.m. van een perceel dat in het zuiden het Vredeveldse Pad raakt en, volgens het bericht van desk,. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.