Einde inhoudsopgave
Wet langdurige zorg
Artikel 7.1.2 [Taak CIZ]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
03-12-2014, Stb. 2014, 494 (uitgifte: 12-12-2014, kamerstukken: 33891)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-12-2014, Stb. 2014, 521 (uitgifte: 18-12-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Maatschappelijke ondersteuning / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
Sociale zekerheid ziektekosten / Zorgverzekering
Sociale zekerheid ziektekosten / Bijzondere ziektekosten
Gezondheidsrecht / Zorg en ziektekosten
1.
Het CIZ is belast met:
- a.
het nemen van indicatiebesluiten als bedoeld in artikel 3.2.3;
- b.
het oordeel over de noodzaak van opneming en verblijf of de voortzetting van het verblijf, bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten.
2.
Het CIZ is bevoegd de rechter te verzoeken een machtiging als bedoeld in artikel 24, eerste lid, van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten te verlenen.
3.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen aan het CIZ werkzaamheden worden opgedragen die verband houden met de taken die bij wet zijn opgedragen.
4.
Mandaat tot het nemen van besluiten ingevolge het eerste lid, onder a, wordt niet verleend aan iemand die niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het CIZ.
5.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen categorieën van besluiten worden aangewezen waarvoor het verbod op mandaatverlening niet geldt.