Inhoudsopgave
DD 2020/65:Het ‘voorhanden hebben’ in de zin van de Wet wapens en munitie: een nadere duiding van de vereiste bewustheid van en beschikkingsmacht over het wapen
DD 2020/65
Het ‘voorhanden hebben’ in de zin van de Wet wapens en munitie: een nadere duiding van de vereiste bewustheid van en beschikkingsmacht over het wapen
Documentgegevens:
T.M. de Groot & W. Albers, datum 11-11-2020
- Datum
11-11-2020
- Auteur
T.M. de Groot & W. Albers1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS240093:2
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
65.1 HR 12 september 1978, NJ 1979/84
“O. omtrent het derde middel:
dat het Hof o.g.v. de gebezigde bewijsmiddelen heeft kunnen aannemen, dat req. over de in het onder I bewezen verklaarde bedoelde wapens en munitie zo direct heeft kunnen beschikken, dat hij deze ‘voorhanden heeft gehad’ in de zin van art. 3 Vuurwapenwet 1919, in welke zin die term kennelijk ook in de tenlastelegging is gebezigd;
dat het Hof zulks met name als bewezen heeft kunnen aannemen o.g.v. de verklaringen van req. en van de getuige Sponselee, voor zover deze inhouden, dat req. die wapens en munitie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.