Einde inhoudsopgave
Wet op het Centraal bureau voor de statistiek
Artikel 33
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
22-06-2016, Stb. 2016, 262 (uitgifte: 08-07-2016, kamerstukken: 34248)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-09-2016, Stb. 2016, 339 (uitgifte: 26-09-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Bestuur
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
De directeur-generaal is bevoegd ten behoeve van statistische doeleinden gebruik te maken van gegevens uit registraties die in verband met de uitvoering van een wettelijke taak worden bijgehouden bij:
- a.
instellingen en diensten van:
- 1°
het Rijk;
- 2°
provincies;
- 3°
gemeenten;
- 4°
waterschappen;
- 5°
openbare lichamen, gevormd ingevolge de Wet gemeenschappelijke regelingen;
- b.
openbare lichamen als bedoeld in artikel 134 van de Grondwet;
- c.
zelfstandige bestuursorganen op het niveau van de centrale overheid.
2.
De directeur-generaal is voorts bevoegd ten behoeve van statistische doeleinden gebruik te maken van gegevens uit registraties die worden bijgehouden door bij algemene maatregel van bestuur aangewezen rechtspersonen die een bij of krachtens de wet geregelde taak uitoefenen of geheel of gedeeltelijk, direct of indirect, worden bekostigd uit middelen van de Staat of uit de opbrengst van bij of krachtens de wet ingestelde heffingen.
3.
Voor zover de in het eerste en tweede lid bedoelde verwerving niet de benodigde gegevens oplevert, is de directeur-generaal bevoegd ten behoeve van statistische doeleinden bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen gegevens op te vragen bij door die maatregel aangewezen categorieën van ondernemingen, vrije beroepsbeoefenaren, instellingen en rechtspersonen.
4.
De in het eerste lid bedoelde instellingen, diensten, lichamen en zelfstandige bestuursorganen, de in het tweede lid bedoelde rechtspersonen en de in het derde lid bedoelde ondernemingen, vrije beroepsbeoefenaren, instellingen en rechtspersonen verstrekken de in die leden bedoelde gegevens kosteloos op verzoek van de directeur-generaal binnen een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen termijn. Daarbij kan geen beroep worden gedaan op geheimhoudingsverplichtingen, tenzij deze verplichtingen gebaseerd zijn op internationale regelgeving.
5.
Voor zover de in het derde lid bedoelde gegevens liggen op het terrein van het Nederlandse bankwezen en deze door De Nederlandsche Bank NV uit hoofde van haar taken worden verzameld, geschiedt de verwerving van deze gegevens na overleg met en door tussenkomst van De Nederlandsche Bank NV. Ten aanzien van de overige gegevens op het terrein van het Nederlandse bankwezen geschiedt de verwerving van deze gegevens na overleg met De Nederlandsche Bank NV.