NJ 2005, 49
Vrij verkeer van personen. Artikel 48 EG Verdrag (thans, na wijziging, artikel 39 EG). Begrip ‘werknemer’. Sociale zekerheidsuitkering voor werkzoekenden. Verblijfsvoorwaarde. Burgerschap van Europese Unie.
HvJ EG 23-03-2004, ECLI:EU:C:2004:172, m.nt. M.R. Mok
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
23 maart 2004
- Magistraten
V. Skouris, P. Jann, C.W.A. Timmermans, C. Gulmann, J.N. Cunha Rodrigues, A. Rosas, A. La Pergola, J.-P. Puissochet, R. Schintgen, N. Colneric, S. von Bahr
- Zaaknummer
C-138/02
- Conclusie
A-G D. Ruiz-Jarabo Colomer
- Noot
M.R. Mok
- LJN
AO9628
- JCDI
JCDI:ADS115643:1
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2004:172, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 23‑03‑2004
- Wetingang
EG-Verdrag art. 39; Verordening Raad 1612/68 (zoals gewijzigd bij Verordening Raad 2434/92); Richtlijn Raad 68/360
Essentie
Vrij verkeer van personen. Artikel 48 EG Verdrag (thans, na wijziging, artikel 39 EG). Begrip ‘werknemer’. Sociale zekerheidsuitkering voor werkzoekenden. Verblijfsvoorwaarde. Burgerschap van Europese Unie.
Samenvatting
Een persoon in de situatie van verzoeker in het hoofdgeding is geen werknemer in de zin van titel Ⅱ van het eerste deel van verordening (EEG) nr. 1612/68 van de Raad van 15 oktober 1968 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Gemeenschap, zoals gewijzigd bij verordening (EEG) nr. 2434/92 van de Raad van 27 juli 1992. Het staat evenwel aan de nationale rechter om na te gaan of het begrip ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.