NJ 1998, 565
5 sub 1 EEX / ‘abstract’ akkoord over plaats uitvoering verbintenis / 17 EEX / overeenkomst tot aanwijzing bevoegde rechter / vormvoorwaarden / bestaan gebruiken in tak internationale handel die partijen kennen of geacht worden te kennen
HvJ EG 20-02-1997, ECLI:NL:XX:1997:AD2692, m.nt. P. Vlas (Mainschiffahrts-Genossenschaft)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
20 februari 1997
- Magistraten
Murray, Kakouris, Kapteyn, Hirsch, Ragnemalm
- Zaaknummer
C-106/95
- Conclusie
A-G Tesauro
- Noot
P. Vlas
- LJN
AD2692
- Roepnaam
Mainschiffahrts-Genossenschaft
- JCDI
JCDI:ADS115627:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal privaatrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1997:AD2692, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 20‑02‑1997
- Wetingang
Samenvatting
1
Art. 17 eerste alinea tweede zin derde geval EEX (zoals aangepast aan het Toetredingsverdrag van 1978) moet aldus worden uitgelegd, dat in het kader van een in de internationale handel mondeling gesloten contract een overeenkomst tot aanwijzing van de bevoegde rechter wordt geacht ten aanzien van die bepaling geldig te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.