RSV 1997, 79
HvJ EG, 10-09-1996, nr. C-277/94
HvJ EG 10-09-1996, ECLI:EU:C:1996:315, m.nt. M.A.H. van Dalen-van Bekkum
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
10 september 1996
- Magistraten
la Pergola
- Zaaknummer
C-277/94
- Noot
M.A.H. van Dalen-van Bekkum
- LJN
ZB6602
- JCDI
JCDI:ADS73607:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Sociale zekerheid algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:1996:315, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 10‑09‑1996
- Wetingang
Associatieovereenkomst EG-Turkije; Besl. associatieraad EG-Turkije nr. 3/80 art. 12; Besl. associatieraad EG-Turkije nr. 3/80 art. 13
Essentie
Besluit 3/80 wel in werking getreden maar geen rechtstreekse werking
Samenvatting
Nu Besluit 3/80 niet bepaalt op welke datum het in werking treedt, vloeit uit de bindende kracht die de Associatie-overeenkomst EEG/Turkije aan besluiten van de associatieraad toekent voort, dat Besluit 3/80 in werking is getreden op de datum waarop het is vastgesteld, dat wil zeggen 19–9-'80. Het besluit heeft echter, ook al zijn sommige bepalingen ervan duidelijk en nauwkeurig, geen rechtstreekse werking. Het is naar zijn aard bestemd te worden aangevuld en in de Gemeenschap van toepassing te worden door een latere handeling van de Raad.