NJ 1995, 339
Vrij verrichten van diensten / onderdanen van derde land
HvJ EG 09-08-1994, ECLI:EU:C:1994:310
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
9 augustus 1994
- Magistraten
Due, Mancini, Moitinho de Almeida, Díez de Velasco, Edward, Kakouris, Joliet, Schockweiler, Rodríquez Iglesias, Grévisse, Zuleeg, Kapteyn, Murray, Tesauro
- Zaaknummer
C-43/93
- LJN
AC0988
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:1994:310, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 09‑08‑1994
- Wetingang
Essentie
Vrij verrichten van diensten. Onderdanen van derde land.
Samenvatting
De art. 59 en 60 EEG-Verdrag moeten aldus worden uitgelegd, dat zij zich ertegen verzetten, dat een Lid-Staat een in een andere Lid-Staat gevestigde onderneming, die zich naar zijn grondgebied begeeft voor het verrichten van diensten en die op reguliere basis onderdanen uit derde landen in vaste dienst heeft, verplicht om voor die werknemers een werkvergunning te verkrijgen bij een nationale immigratiedienst en de daaraan verbonden kosten te betalen, bij gebreke waarvan de onderneming een administratieve boete wordt opgelegd.
Partij(en)
R. vander Elst,
tegen
Office des ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.