NJ 1995, 558:Overeenkomst Commissie/Verenigde Staten betreffende de toepassing van hun mededingingsrecht/Commissie niet bevoegd

NJ 1995, 558

Overeenkomst Commissie/Verenigde Staten betreffende de toepassing van hun mededingingsrecht/Commissie niet bevoegd

Documentgegevens:

HvJ EG 09-08-1994, ECLI:EU:C:1994:305

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
Datum: 9 augustus 1994
Magistraten: Due, Mancini, Moitinho de Almeida, Díez de Velasco, Edward, Kakouris, Joliet, Schockweiler, Rodríguez Iglesias, Grévisse, Zuleeg, Kapteyn, Murray, Tesauro
Zaaknummer: C-327/91
LJN: AC0990
Vakgebied(en): Onbekend (V)
EU-recht (V)
Brondocumenten: ECLI:EU:C:1994:305, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 09‑08‑1994
Wetingang: EG-Verdrag art. 85; EG-Verdrag art. 89; EG-Verdrag art. 173; EG-Verdrag art. 228; EGKS-Verdrag art. 33

Essentie

Overeenkomst Commissie/Verenigde Staten betreffende de toepassing van hun mededingingsrecht. Bevoegdheid. Motivering. Rechtszekerheid. Schending van mededingingsrecht.

Samenvatting

Nietigverklaring van de handeling waarbij de Commissie van de Europese Gemeenschappen de overeenkomst met de Verenigde Staten van Amerika betreffende de toepassing van het mededingingsrecht van de Europese Gemeenschappen en dat van de Verenigde Staten, ondertekend en in werking getreden op 23 sept. 1991, heeft beoogd te sluiten.1

Partij(en)

Franse Republiek,

ondersteund door Koninkrijk Spanje en Koninkrijk der Nederlanden,

tegen

Commissie van de Europese Gemeenschappen.

Uitspraak

Arrest

1

Bij op 16 december 1991 ter griffie van het Hof neergelegd verzoekschrift heeft de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.