NJ 1995, 298
Vangstquota/overtreding door Zweeds vaartuig/sanctie: niet-horen belanghebbende
HvJ EG 29-06-1994, ECLI:EU:C:1994:267
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
29 juni 1994
- Magistraten
Moitinho de Almeida, Edward, Joliet, Rodríguez Iglesias, Grévisse, Darmon
- Zaaknummer
C-135/92
- LJN
AD2135
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal publiekrecht (V)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:1994:267, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 29‑06‑1994
- Wetingang
EG-Verord. nr. 2209/80; EG-Verord. nr. 3929/90 art. 3
Essentie
Beroep tot nietigverklaring. Visserijovereenkomst EEG-Zweden. Brief van de Commissie betreffende een aan een Zweeds vaartuig ten laste gelegde overtreding. Niet-horen belanghebbende.
Samenvatting
Nietigverklaring van de beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen vervat in de brief van 19 februari 1992 van haar directeur-generaal J. Almeida Serra aan de Zweedse ambassadeur bij de Europese Gemeenschappen, Zijne Excellentie de heer S. Brattström, betrefffende een ten laste van een Zweeds vissersvaartuig geconstateerde overtreding in het kader van de Overeenkomst betreffende de visserij tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van Zweden.1