HvJ EG, 15-05-1990, nr. 365/88

Documentgegevens:

HvJ EG 15-05-1990, ECLI:NL:XX:1990:AC4163, m.nt. J.C. Schultsz

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
Datum: 15 mei 1990
Magistraten: Slynn, Joliet, Rodriguez Iglesias, Lenz
Zaaknummer: 365/88
Noot: J.C. Schultsz
LJN: AC4163
JCDI: JCDI:ADS144337:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Internationaal strafrecht (V)
EU-recht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:XX:1990:AC4163, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 15‑05‑1990
Wetingang: EEX-Verdrag art. 5; EEX-Verdrag art. 6

Essentie

Vervolg HR 9 dec. 1988, NJ 1991, 556. Vrijwaring. Prejudiciele beslissing t.a.v. art. 6 sub 2 EEX. Toetsing ontvankelijkheid vrijwaringsverzoek.

Samenvatting

1. Indien een verweerder die zijn woonplaats heeft op het grondgebied van een verdragsluitende staat, ingevolge art. 5 aanhef en sub 1 Executieverdrag is opgeroepen voor de rechter van een andere verdragsluitende staat, is deze rechter ingevolge art. 6 aanhef en sub 2 van het Verdrag ook bevoegd kennis te nemen van een vordering tot vrijwaring tegen iemand die zijn woonplaats heeft op het grondgebied van een andere verdragsluitende staat dan die van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.