Einde inhoudsopgave
Pensioenbesluit politieke gezagdragers BES
Artikel 4
Geldend
Geldend vanaf 09-02-2013. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 10-10-2011
- Redactionele toelichting
Deze wijziging is reeds aangebracht bij de wijziging van 06-07-2012, Stb. 337.
- Bronpublicatie:
18-01-2013, Stb. 2013, 32 (uitgifte: 08-02-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
09-02-2013, terugwerkend tot: 10-10-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-01-2013, Stb. 2013, 32 (uitgifte: 08-02-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Pensioenen / Bijzondere onderwerpen pensioenen
1.
De uitkering bedraagt gedurende de eerste drie maanden 95 procent, de daarop volgende zeven maanden 85 procent, de daarop volgende tien maanden 75 procent en vervolgens 70 procent van de bezoldiging als politieke gezagdrager.
2.
Onder bezoldiging bedoeld in het eerste lid wordt verstaan de vaste inkomensbestanddelen waarop de politieke gezagdrager op de dag voorafgaande aan het ontslag aanspraak had.
3.
In afwijking van het tweede lid, worden onkostenvergoedingen, onder welke benaming dan ook, niet gerekend tot de bezoldiging.
4.
Als de bezoldiging van de ambtenaren, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Ambtenarenwet BES, wijziging ondergaat, wordt met ingang van de datum waarop die wijziging ingaat de uitkering, bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig deze wijziging aangepast, onder nadere vaststelling voor zoveel nodig, van de bedragen, genoemd in artikel 1, eerste lid.
5.
Bij ministeriële regeling, kunnen omtrent de vaststelling van de bezoldiging bedoeld in het tweede lid, en de overeenkomstige wijziging bedoeld in het vierde lid, nadere regels worden gesteld.