Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2007/2/EG tot oprichting van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Gemeenschap (Inspire)
Artikel 7
Geldend
Geldend vanaf 15-05-2007
- Bronpublicatie:
14-03-2007, PbEU 2007, L 108 (uitgifte: 25-04-2007, regelingnummer: 2007/2/EG)
- Inwerkingtreding
15-05-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-03-2007, PbEU 2007, L 108 (uitgifte: 25-04-2007, regelingnummer: 2007/2/EG)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieueffectrapportage
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Milieurecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De uitvoeringsbepalingen, die niet-essentiële onderdelen van deze richtlijnen beogen te wijzigen door haar aan te vullen, en die de technische voorschriften voor de interoperabiliteit en, waar mogelijk, de harmonisatie van de verzamelingen van ruimtelijke gegevens en diensten betreffen, worden vastgesteld volgens de in artikel 22, lid 3, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing. Bij het opstellen van de uitvoeringsbepalingen wordt rekening gehouden met gebruikerseisen, bestaande initiatieven en internationale normen om verzamelingen ruimtelijke gegevens te harmoniseren, alsmede met de haalbaarheid en het kosten-batenaspect. Ingeval internationaalrechtelijke organisaties normen hebben vastgesteld met het oog op interoperabiliteit of harmonisatie van verzamelingen ruimtelijke gegevens en diensten met betrekking tot ruimtelijke gegevens, worden deze normen geïntegreerd en wordt, in voorkomend geval, in de in dit lid bedoelde uitvoeringsbepalingen naar de bestaande technische middelen verwezen.
2.
Als basis voor de ontwikkeling van de in lid 1 bedoelde uitvoeringsbepalingen verricht de Commissie analysen om ervoor te zorgen dat de bepalingen op het vlak van de te verwachten kosten en baten haalbaar en proportioneel zijn en maakt zij het in artikel 22, lid 1, bedoelde comité deelgenoot van de resultaten van deze analysen. De lidstaten verstrekken de Commissie desgevraagd de informatie die zij nodig heeft om dergelijke analysen te verrichten.
3.
De lidstaten zorgen ervoor dat alle nieuw verzamelde en uitgebreid geherstructureerde verzamelingen van ruimtelijke gegevens en de desbetreffende diensten uiterlijk twee jaar na de aanneming van de in lid 1 bedoelde uitvoeringsbepalingen in overeenstemming daarmee beschikbaar zijn en dat andere nog in gebruik zijnde verzamelingen van ruimtelijke gegevens en desbetreffende diensten uiterlijk zeven jaar na de aanneming van de uitvoeringsbepalingen in overeenstemming daarmee beschikbaar zijn. De verzamelingen ruimtelijke gegevens worden in overeenstemming met de uitvoeringsbepalingen ter beschikking gesteld door de aanpassing van de bestaande verzamelingen van ruimtelijke gegevens dan wel door de in artikel 11, lid 1, onder d), bedoelde verwerkingsdiensten.
4.
De in lid 1 bedoelde uitvoeringsbepalingen hebben betrekking op de definitie en classificatie van ruimtelijke objecten die relevant zijn voor de verzamelingen ruimtelijke gegevens met betrekking tot de in de bijlagen I, II en III opgesomde thematische categorieën en de wijze waarop deze ruimtelijke gegevens geogerefereerd zijn.
5.
Vertegenwoordigers van de lidstaten op nationaal, regionaal en lokaal niveau alsmede andere natuurlijke of rechtspersonen die wegens hun rol in de infrastructuur voor ruimtelijke informatie een belang hebben bij de desbetreffende ruimtelijke gegevens, zoals gebruikers, leveranciers, verleners van diensten met toegevoegde waarde of coördinatieorganen, krijgen de mogelijkheid om vóór de bespreking door het in artikel 22, lid 1, bedoelde comité deel te nemen aan de voorbereidende besprekingen over de inhoud van de uitvoeringsbepalingen, als genoemd in lid 1.