NJ 2005, 166
Voorkenniszaak.
Rb. Amsterdam 11-02-2005, ECLI:NL:RBAMS:2005:AS5799
- Instantie
Rechtbank Amsterdam
- Datum
11 februari 2005
- Magistraten
Mrs. M.J.L. Mastboom, P.K. van Riemsdijk, C.P. Bleeker
- Zaaknummer
13/120069-02
- LJN
AS5799
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBAMS:2005:AS5799, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam, 11‑02‑2005
- Wetingang
Wet toezicht effectenverkeer 1995 art. 46
Essentie
Uitleg begrip koersgevoelige bijzonderheid. Bepaling tijdstip waarop daarvan sprake is. I.c. gebruikgemaakt van voorwetenschap nu verdachte in de hem beschikbare voorwetenschap kennelijk bevestiging heeft gevonden de voorgenomen transacties door te zetten.
Uitspraak
(Post alia:)
4. Wettelijk kader
Aan verdachte is onder meer ten laste gelegd overtreding van artikel 46 van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 (Wte 1995): handelen met voorwetenschap. Deze bepaling is ruim geformuleerd. Bij de laatste wetswijziging in 1999 is het bestanddeel ‘indien uit de transactie enig voordeel kan ontstaan’ geschrapt.
Dit betekent naar de letter van de wet dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.