NJ 1973, 347
Rb. Amsterdam, 22-05-1973
Rb. Amsterdam 22-05-1973, ECLI:NL:RBAMS:1973:AB5603
- Instantie
Rechtbank Amsterdam
- Datum
22 mei 1973
- Magistraten
Steinhauser, Van Den Blink, De Graaff
- Zaaknummer
[1973-05-22/NJ_54237]
- LJN
AB5603
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBAMS:1973:AB5603, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam, 22‑05‑1973
- Wetingang
Rv (oud) art. 56; Rv (oud) art. 876; Rv (oud) art. 877; Rv (oud) art. 878; Rv (oud) art. 879; Rv (oud) art. 880; Rv (oud) art. 881
Samenvatting
De kosten van een voorlopig getuigenverhoor behoren tot de ‘gedingkosten’ waarin de in het ongelijk gestelde partij moet worden veroordeeld. Niet nodig is, dat eiser die kosten uitdrukkelijk noemt.
Partij(en)
Assurantie Maatschappij ‘De Zeven Provincien’ NV, te 's‑Gravenhage, eiseres, proc. Mr. J.A.M. Smit, adv. Mr. L.P. Galema, te Amsterdam,
tegen
Walter Naumann, te Wuppertal-Elberfeld, Bondsrepubliek West-Duitsland, gedaagde, proc. Mr. R. Netze, adv. Mr. H.G.M. Thijssen, te Amsterdam.
Uitspraak
Overwegende ten aanzien van het recht:
Als erkend of niet, dan wel onvoldoende, weersproken staat tussen pp. het volgende vast:
- a.
Tussen pp. zijn op 7 dec. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.