Einde inhoudsopgave
Protocol betreffende het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie
Artikel 58 bis [Hogere voorziening]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2019
- Redactionele toelichting
Zaken die op grond van dit Protocol onder de bevoegdheid van het Hof van Justitie vallen en die op 01-05-2019 bij het Gerecht aanhangig zijn, maar waarvan de schriftelijke behandeling op die datum nog niet is gesloten, worden naar het Hof van Justitie verwezen. De in dit artikel bedoelde procedure is niet van toepassing op hogere voorzieningen die op 01-05-2019 bij het Hof van Justitie zijn ingesteld.
- Bronpublicatie:
17-04-2019, PbEU 2019, L 111 (uitgifte: 25-04-2019, regelingnummer: 2019/629)
- Inwerkingtreding
01-05-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-04-2019, PbEU 2019, L 111 (uitgifte: 25-04-2019, regelingnummer: 2019/629)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Een hogere voorziening tegen een uitspraak van het Gerecht over een besluit van een onafhankelijke kamer van beroep van een van de volgende organen en instanties van de Unie zal niet worden behandeld, tenzij het Hof van Justitie eerst beslist dat het daarvan kennis moet kunnen nemen:
- a)
het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie;
- b)
het Communautair Bureau voor plantenrassen;
- c)
het Europees Agentschap voor chemische stoffen;
- d)
het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart.
De in de eerste alinea bedoelde procedure is tevens van toepassing op hogere voorzieningen tegen beslissingen van het Gerecht over een besluit van een onafhankelijke kamer van beroep die binnen enig ander orgaan of enige andere instantie van de Unie is ingesteld na 1 mei 2019, aangezien die eerst dient te worden aangezocht voordat een beroep bij het Gerecht kan worden ingesteld.
De hogere voorziening wordt overeenkomstig de bepalingen van het Reglement voor de procesvoering geheel of gedeeltelijk toegelaten wanneer daarbij een vraag aan de orde komt die belangrijk is voor de eenheid, de samenhang of de ontwikkeling van het Unierecht.
De beslissing aangaande de toelaatbaarheid van de hogere voorziening wordt met redenen omkleed en bekendgemaakt.