NJ 1992, 79
Rb. Rotterdam, 28-05-1990
Rb. Rotterdam 28-05-1990, ECLI:NL:RBROT:1990:AD1138
- Instantie
Rechtbank Rotterdam
- Datum
28 mei 1990
- Magistraten
Fransen
- Zaaknummer
[1990-05-28/NJ_65606]
- LJN
AD1138
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBROT:1990:AD1138, Uitspraak, Rechtbank Rotterdam, 28‑05‑1990
- Wetingang
Rv (oud) art. 220
Essentie
Voorlopig getuigenverhoor; status van partij-getuige.
Samenvatting
Onvoldoende redenen om aan enig directeur en enig aandeelhouder van gerekwestreerde de status van partij-getuige toe te kennen in voorlopige getuigenverhoren in de zaken tegen mede-gerekwestreerden, nu niet aannemelijk is gemaakt of geworden dat de aard van hetgeen verzoeksters eventueel gaan vorderen, meebrengt dat daaromtrent slechts in een, tegen alle gerekwestreerden gezamenlijk aanhangig te maken geding kan worden beslist. (Hoger beroep ingetrokken; red.)
Partij(en)
1. De vennootschap naar het recht van Monaco Lancaster SA, te Monaco,
2. De vennootschap naar Zwitsers recht Davidoff Fragrances AG, te Zug (Zwitserland),
3. De vennootschap naar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.