Einde inhoudsopgave
Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting
Artikel 11 Ziekte
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1999
- Bronpublicatie:
24-12-1998, Stcrt. 1998, 247 (uitgifte: 24-12-1998, regelingnummer: 733726/98/DJI)
- Inwerkingtreding
01-01-1999
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-12-1998, Stcrt. 1998, 247 (uitgifte: 24-12-1998, regelingnummer: 733726/98/DJI)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Penitentiair recht / Algemeen
Strafprocesrecht (V)
1.
Indien de gedetineerde wegens ziekte niet in staat is tijdig naar de inrichting terug te keren, meldt hij dat onverwijld aan de inrichting. De gedetineerde dient aan te tonen dat hij om medische redenen niet in staat is terug te keren.
2.
De directeur neemt na overleg met de inrichtingsarts en, voor zover mogelijk, gehoord de gedetineerde, maatregelen met het oog op een zo spoedig mogelijke voortzetting van de detentie, eventueel in het penitentiair of een algemeen ziekenhuis. Daartoe kan na schriftelijke toestemming van de gedetineerde door de medische dienst van de inrichting ook contact worden gezocht met de door de gedetineerde geraadpleegde arts.