Het voorlopig getuigenverhoor
Einde inhoudsopgave
Het voorlopig getuigenverhoor (BPP nr. XVII) 2015/247:247 Gevallen waarin gevaar voor verlies van bewijs bestaat
Het voorlopig getuigenverhoor (BPP nr. XVII) 2015/247
247 Gevallen waarin gevaar voor verlies van bewijs bestaat
Documentgegevens:
Mr. E.F. Groot, datum 01-01-2015
- Datum
01-01-2015
- Auteur
Mr. E.F. Groot
- JCDI
JCDI:ADS453443:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Hof ’s-Hertogenbosch 21 maart 2007, ECLI:NL:GHSHE:2007:BA1886. Tijdens de mondelinge behandeling werd het verzoek aangevuld met de grondslag van het verloren gaan van bewijs, nadat ter zitting bekend werd dat de verweerster, tevens beoogde getuige, afwezig was vanwege haar gezondheidstoestand (zij zou in 2006 chemokuren hebben ondergaan). De advocaat van verweerster verklaarde echter dat verweerster was genezen van kanker.
Hof ’s-Hertogenbosch 22 oktober 2008, ECLI:NL:GHSHE:2008:BG2159.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Van gevaar voor verlies van bewijs is ten eerste sprake als reëel gevaar bestaat dat de getuige onbereikbaar wordt. Als de getuige op het punt staat een wereldreis te beginnen of als hij op korte termijn emigreert naar Zuid-Amerika, spreekt dit voor zich. Niet ieder vertrek naar het buitenland betekent gevaar voor verlies van bewijs. Als de getuige om fiscale redenen vlak over de grens met België gaat wonen, kan naar mijn mening niet van gevaar voor verlies worden gesproken. Hetzelfde geldt als de getuige een maand met vakantie naar Turkije gaat. Ten tweede is sprake van gevaar voor verlies van bewijs als reëel gevaar bestaat of zelfs zeker is dat de getuige zal overlijden, bijvoorbeeld als een getuige 85 jaar is of lijdt aan een levensbedreigende ziekte. Er bestaat geen gevaar voor verlies van bewijs meer, als een getuige is genezen van een levensbedreigende ziekte als kanker.1 Ten derde bestaat gevaar voor verlies van bewijs als de getuige lijdt aan een progressief verlopende ziekte die het geheugen of de fysieke gesteldheid van de getuige aantast, waardoor onzeker is of de getuige nog in staat zal zijn een verklaring af te leggen als in de hoofdzaak getuigenverhoren worden gehouden, bijvoorbeeld als een getuige Alzheimer of ALS (Amyotrofische Laterale Sclerose) heeft. De enkele achteruitgang van het geheugen van een gezonde getuige levert geen gevaar voor verlies van bewijs op.2