AB 2003, 450
Undue delay; effectief rechtsmiddel; schending redelijke termijn door de bestuursrechter; gedeeltelijk omgaan van de jurisprudentie; beoordeling schending aan de bestuursrechter, beoordeling schade aan de burgerlijke rechter.
CRvB 04-07-2003, ECLI:NL:CRVB:2003:AI0140, m.nt. H.E. Bröring (arbeidsongeschikte rozenkweker)
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
4 juli 2003
- Magistraten
Van der Kade, De Vries, Simon
- Zaaknummer
00/6061AAW/WAO
- Noot
H.E. Bröring
- LJN
AI0140
- Roepnaam
arbeidsongeschikte rozenkweker
- JCDI
JCDI:ADS660210:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2003:AI0140, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 04‑07‑2003
- Wetingang
Essentie
Undue delay; effectief rechtsmiddel; schending redelijke termijn door de bestuursrechter; gedeeltelijk omgaan van de jurisprudentie; beoordeling schending aan de bestuursrechter, beoordeling schade aan de burgerlijke rechter.
Samenvatting
Mede in het licht van de ontwikkeling van de betekenis die aan art. 13 EVRM in de jurisprudentie van het EHRM toekomt (zie onder meer EHRM 26 oktober 2000, Kudla tegen Polen), is de Raad thans in afwijking van zijn eerdere rechtspraak van oordeel dat de bestuursrechter dient vast te stellen of sprake is van een schending van art. 6 EVRM ter zake van een gestelde overschrijding van een redelijke termijn van rechterlijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.