AB 2001, 151
Bestuurlijke boete; waarschuwing; ‘criminal charge’; meest gunstige bepaling; toetsing ex nunc.
CRvB 14-02-2001, ECLI:NL:CRVB:2001:AB0469 (verzwegen WW’er)
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
14 februari 2001
- Magistraten
Hoogeveen, Van Sloten, Zwartkruis
- Zaaknummer
99/407WW
- LJN
AB0469
- Roepnaam
verzwegen WW’er
- JCDI
JCDI:ADS660218:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Sociale zekerheid algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2001:AB0469, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 14‑02‑2001
- Wetingang
WW art. 25; WW art. 27a; IVBP art. 15 lid 1 derde volzin
Essentie
Bestuurlijke boete; waarschuwing; ‘criminal charge’; meest gunstige bepaling; toetsing ex nunc.
Samenvatting
Aan de tekst van de art. 14 en 15 van het IVBPR en de ontstaansgeschiedenis valt niet af te leiden dat deze bepalingen een andere, meer beperkte, betekenis hebben dan de art. 6 en 7 EVRM in die zin dat daaronder niet zijn te begrijpen bestuursrechtelijke boeten. Het enkele feit dat het IVBPR een mondiaal verdrag is, vormt naar het oordeel van de Raad daarvoor onvoldoende reden. De Raad zijn overigens geen beletselen gebleken om het opleggen van een bestuursrechtelijke boete ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.