AB 1999, 77
Gezamenlijke huishouding; tweedegraads bloedverwanten; discriminatie?
CRvB 24-11-1998, ECLI:NL:CRVB:1998:AA9003, m.nt. H.E. Bröring
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
24 november 1998
- Magistraten
Kasdorp, De Vrey, Olde Kalter
- Zaaknummer
97/6224
- Noot
H.E. Bröring
- LJN
AA9003
- JCDI
JCDI:ADS864925:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Bestuursprocesrecht (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:1998:AA9003, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 24‑11‑1998
- Wetingang
Essentie
Gezamenlijke huishouding; tweedegraads bloedverwanten; discriminatie?
Samenvatting
De Raad is van oordeel dat de door de regering gegeven rechtvaardigingsgrond voor de uitzondering met betrekking tot bloedverwanten in de eerste graad — de wederzijdse afhankelijkheid, die naar het oordeel van de Raad ook tot uitdrukking komt in de krachtens het BW bestaande wederzijdse verplichtingen van ouders en kinderen tot het verstrekken van levensonderhoud — geen wezenlijk kenmerk is van de relaties tussen bloedverwanten in de tweede graad. De Raad tekent hierbij nog aan dat deze uitzondering slechts een beperkte groep betreft binnen het geheel van gevallen waarin twee personen een gezamenlijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.