JOL 2007, 148

Executiegeschil inzake in kort geding gegeven bevel tot rectificatie van onrechtmatige uitlatingen. Toevoeging van commentaar aan rectificatie toelaatbaar? Gerechtvaardigde beperking vrijheid van meningsuiting? maatstaf. Beantwoording van de vraag of door het toevoegen van commentaar aan de door de voorzieningenrechte gelaste rectificatie behoorlijk uitvoering is gegeven aan het desbetreffende rechterlijk bevel, dient plaats te vinden door hetgeen ter uitvoering van het veroordelend vonnis is verricht te toetsen aan de inhoud van de veroordeling, zoals deze door uitleg moet worden vastgesteld. Bij die uitleg dient het doel en de strekking van de veroordeling tot richtsnoer te worden genomen in dier voege dat de veroordeling niet verder strekt dan tot het bereiken van het daarmee beoogde doel. Het onderhavige bevel, uitgelegd naar doel en strekking, brengt mee dat de rectificatie niet mocht worden gevolgd of voorafgegaan door mededelingen en/of commentaar en impliceerde dus uit zijn aard een zekere beperking van het in art. 7 Grondwet en art. .10 EVRM gewaarborgde recht op vrijheid van meningsuiting. Deze beperking is bij de wet voorzien (gelet op de artt. J:296, 6:162 en 6:167 BW), en zij is in een democratische samenleving nodig in het belang van de bescherming van de goede naam van anderen.