Ondernemingsrecht 2007, 79
HR, 23-02-2007, nr. C05/142HR: Bankier/DNB
HR 23-02-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AX3070, m.nt. B.P.M. van Ravels (Bankier/DNB)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 februari 2007
- Zaaknummer
C05/142HR
- Noot
B.P.M. van Ravels
- LJN
AX3070
- Roepnaam
Bankier/DNB
- JCDI
JCDI:ADS878344:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AX3070, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑02‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AX3070, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑02‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑05‑2005
- Wetingang
BW art. 6:162; AWB art. 1:2; AWB art. 3:41; AWB art. 3:45; AWB art. 4:8; AWB art. 6:11; Rv art. 70; Wtk 1992 art. 6 lid 1; Wtk 1992 art. 90
Essentie
Uitzondering op de leer van de formele rechtskracht
Uitspraak
Feiten
1
De Nederlandsche Bank NV (DNB) is zoals bekend een in een privaatrechtelijk kleed gehuld bestuursorgaan. Zij is als zodanig belast met onder meer besluitvorming omtrent vergunningverlening en met toezicht op kredietinstellingen. Op grond van het bepaalde in art. 6 lid 1 van de (inmiddels vervallen) Wet toezicht kredietwezen 1992 ( Wtk 1992) was het een onderneming of instelling verboden het bedrijf van kredietinstelling uit te oefenen, behoudens voor zover zij daartoe van de Bank een vergunning had verkregen. Zodanige vergunning moest destijds ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.