Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 1138
Koop verhuurd beleggingspand. Dwaling; wijziging door rechter van gevolgen overeenkomst op voet art. 6:230 lid 2 BW; begroting nadeel.
HR 08-12-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AY7456 (Wegerif/Quicker)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 december 2006
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C05/196HR
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
AY7456
- Roepnaam
Wegerif/Quicker
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AY7456, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑12‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AY7456, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑12‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑07‑2005
- Wetingang
BW art. 6:228; BW art. 6:230; BW art. 6:248
Essentie
Koop verhuurd beleggingspand. Dwaling; wijziging door rechter van gevolgen overeenkomst op voet art. 6:230 lid 2 BW; begroting nadeel.
In haar algemeenheid onjuist is de opvatting dat de verkoper van een mede als woonruimte verhuurd beleggingspand in beginsel ook zonder enig beding dienaangaande ervoor zou moeten instaan dat zich geen omstandigheden voordoen die met succes aan een beroep op huurprijsverlaging ten grondslag zouden kunnen worden gelegd. Redelijkheid en billijkheid verzetten zich niet tegen de door het hof aangebrachte splitsing van de omstandigheden waaromtrent de koper dwaalde in die ten aanzien waarvan de dwaling voor rekening van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.